De complexe relatie tussen de auto van de zaak en privé
Voor veel ondernemers is de auto van de zaak een symbool van succes en een noodzakelijk instrument. Echter, zodra de auto ook voor privéritten wordt gebruikt, kom je in aanraking met de gevreesde ‘bijtelling’. Deze fiscale correctie kan flink oplopen en drukt direct op de winstgevendheid van je onderneming. Het is cruciaal om de regels hieromtrent goed te begrijpen, want kennis is macht, zeker als het gaat om fiscale optimalisatie.
De basis: wanneer betaal je bijtelling?
De bijtelling is de fiscale correctie voor het voordeel dat je geniet door privégebruik van een auto die eigendom is van de onderneming. De hoofdregel is eenvoudig: rijd je meer dan 500 privékilometers per jaar met de zakelijke auto? Dan ben je verplicht om bijtelling op te geven. De hoogte van deze bijtelling wordt berekend als een percentage (vaak 22% voor benzine/diesel) over de cataloguswaarde van de auto. Dit bedrag wordt opgeteld bij je inkomen, waarover je vervolgens inkomstenbelasting betaalt. Een dure auto met een hoge cataloguswaarde leidt dus snel tot een hoge fiscale aanslag, zelfs als je maar net over die 500 kilometer grens gaat.
Strategieën om bijtelling te verlagen
Het minimaliseren van de bijtelling vereist zowel administratieve nauwkeurigheid als strategische planning bij de aanschaf van een voertuig. Er zijn verschillende methoden die je kunt toepassen om de fiscale druk te verlichten zonder je mobiliteit op te offeren.
Rittenregistratie als ontsnappingsroute
De meest directe manier om bijtelling te voorkomen, is door aan te tonen dat je onder de grens van 500 privékilometers per jaar blijft. Dit vereist een sluitende en waterdichte rittenregistratie. Elke rit moet gedocumenteerd worden met datum, begin- en eindstand van de kilometerteller, adres van vertrek en bestemming, en het karakter van de rit (zakelijk of privé). De Belastingdienst is hier streng op. Een goedgekeurd systeem voor automatische rittenregistratie kan hierbij veel werk uit handen nemen en de kans op fouten minimaliseren. Dit is met name interessant voor ondernemers die de auto hoofdzakelijk zakelijk gebruiken, maar zo nu en dan een korte privérit maken.
Slimme keuzes in de auto van de zaak
Kijk bij de aanschaf kritisch naar de cataloguswaarde en de CO2-uitstoot. Elektrische voertuigen (EV’s) genieten van een verlaagd bijtellingspercentage, dat vaak slechts 16% (of lager) is, zij het tot een maximumbedrag van de cataloguswaarde. Door te kiezen voor een EV verminder je de fiscale last aanzienlijk. Daarnaast kun je overwegen een jongere, tweedehands auto aan te schaffen waarvan de cataloguswaarde lager ligt dan die van een nieuw model. Dit verlaagt de basis waarop de bijtelling wordt berekend. Houd er wel rekening mee dat de bijtellingspercentages en -grenzen voor EV’s de komende jaren geleidelijk zullen stijgen, dus toekomstige aanpassingen in je planning zijn noodzakelijk.
Alternatieven voor de zakelijke auto
Soms is de rekensom eenvoudig: de kosten van de bijtelling wegen niet op tegen de voordelen van een auto van de zaak. In dat geval is het verstandig om de auto privé aan te schaffen en deze tegen een vaste vergoeding van €0,21 per zakelijke kilometer te declareren bij je onderneming. Dit vereenvoudigt de administratie enorm en elimineert de bijtelling volledig. De afweging tussen privébezit en zakelijk bezit hangt sterk af van het aantal zakelijke kilometers dat je rijdt, de cataloguswaarde van de auto en je persoonlijke inkomstenbelastingtarief.
